Gids voor URL Tracken in Google Analytics
Wat is URL Tracking?
URL Tracking is een proces dat unieke cijfers of getallen aan uw bestemmings-URL’s toevoegt. Als u niet uw URL’s tagged voor het tracken in analytics of een ander tertiair systeem verliest u een hoop helpvolle informatie.
Wanneer u pay-per-click campagnes in combinatie met andere online marketing mogelijkheden managet, is het erg belangrijk dat u uw data netjes scheid. In het geval van Google Analytics, als u niet zorgvuldig uw bestemming URL’s tagt, is uw data hoogstens zinloos. Zeg bijvoorbeeld dat u een SEO campagne runt die goede resultaten geeft in de organische resultaten van Bing EN dat u Bing volledig runt met PPC verkeer: Als u niet uw adCenter bestemming URL’s tagt, zullen alle bezoekers – PPC en SEO – gelabeld worden als ‘organic’ in Google Analytics.
Waarom moet ik URL’s taggen?
De eerste reden om uw PPC bestemming URL’s te taggen is duidelijke data die ervoor zorgen dat u succesvol PPC vs. SEO kunt tracken binnen Google Analytics. Reden nummer 2 is dat URL tagging ervoor zorgt dat u uw kennis kunt verdiepen over de overall performance van uw PPC campagne. Iedere PPC zoekmachine heeft conversion tracking, diepe statistieken voor impressies, clicks, click-through rate, etc. Maar, geen van deze statistieken leggen uit wat er gebeurt ‘na-de-klik’.
Wanneer u op een goede manier de PPC bestemming URL’s heeft getagd, kunt u bijvoorbeeld de pageviews per visit, gemiddelde tijd op de site, % nieuwe bezoekers en bounce rate zien. Deze statistieken kunnen u helpen te begrijpen of uw website en landing pages resoneren met uw bezoekers en helpen u om goede aanpassingen te maken.
Types Analytics URL Tagging
Auto-tagging
Wanneer uw Google Analytics account is gelinkt met een actief Google AdWords account en u auto-tagging ingesteld heeft, hoeft u niet uw AdWords URL’s te taggen. Google Analytics traceert automatisch al uw AdWords campagnes. U moet nog steeds al uw niet-AdWords betaalde zoekwoord links taggen, net als uw banners en andere advertenties. Auto-tagging is standaard geselecteerd in alle AdWords accounts.
Om auto-tagging aan of uit te zetten gaat u naar mijn account > voorkeuren.
Auto-tagging is misschien niet geschikt voor alle websites en sommige bestemming URL’s staan geen toegevoegde URL parameters toe. Om te testen of auto-tagging gaat werken voor uw site, volgt u de volgende stappen: 1. Voeg ?gclid=test of &gclid=test toe aan het eind van uw bestemming URL. 2. Plak de aangepaste URL in uw browsers adresbalk. 3. Auto-tagging leid niet in een error wanneer de resulterende pagina de gclid=test parameter weergeeft in de adresbalk.
Handmatige Tagging voor Google Analytics
Als u handmatig uw URl’s tagt voor Analytics, kunt u gebruik maken van de Google Analytics URL Builder.
Hierbeneden is Google’s uitleg over de verschillende parameters:
Campaign Source is normaal gesproken de zoekmachine (Google, Bing, Facebook, etc.). Campaign Medium definieert de manier van adverteren (PPC, email, etc). De Campaign Name wordt de naam van uw campagne. Deze drie zijn vereist, en u kunt de overblijvende parameters gebruiken om uw advertenties verder te identificeren.
Beneden een voorbeeld van hoe dezelfde advertentie getrackt wordt met Google en Bing:
Het is belangrijk om te weten dat u ervoor moet zorgen uw URl’s altijd hetzelfde te labelen. Als u cpc gebruikt voor pay per click, vergeet dan niet om ppc in een paar tags te gebruiken want anders worden ze anders ingedeeld in Analytics.
U kunt uw URL’s bouwen met de Analytics URL Builder, of zelf een URL builder maken in Excel die efficiënter is, vooral wanneer u in bulken URL’s wilt maken.
Handmatige Tagging voor Backend Systems
U kunt manual tagging ook gebruiken voor uw AdWords URL’s in backend systems. Om dit te doen kunt u het beste ValueTrack Parameters gebruiken. Wanneer iemand via een advertentie uw site binnenkomt, registreert ValueTrack enkele details over de advertentie in de URL. Deze parameters zijn dynamisch, dit betekent dat de waardes veranderen gebaseerd op de details van de advertentie die geklikt werd.
Hier is een lijst van beschikbare ValueTrack parameters voor PPC:
{matchtype} – de match type van het zoekwoord dat uw advertentie heeft geactiveerd {network} – of de klik kwam van Google Search, Search Partners of het Display Netwerk {ifmobile:[waarde]} – wanneer uw advertentie wordt geklikt door een mobiel apparaat, ziet u de tekst voor u die u heeft ingevoerd {ifsearch:[waarde]} – wanneer uw advertentie wordt geklikt door een site in het Google Zoeknetwerk, ziet u de tekst die u heeft ingevoerd {ifcontent:[waarde]} – wanneer uw advertentie wordt gelikt vanuit een site in het Google Display Netwerk, ziet u de tekst die u heeft ingevoerd {creative} – de unieke ID voor een creatieve advertentie {keyword} – voor Zoek het zoekwoord dat uw advertentie heeft geactiveerd, voor Display, het zoekwoord dat het best matchte {placement} – alleen voor Display, de domein naam van de site waar uw advertentie werd aangeklikt {target} – alleen voor Display, een plaatsingscategorie {random} – een random nummer gegenereerd door Google {aceid} – het controle ID of het experimenteer ID van AdWords {copy:[naam]} – voor Sitelinks en Product extensies; de URL bevat de actuele parameter naam en de waarde die u aangeeft van de corresponderende kop URL. {adposition} – de positie op de pagina waar uw advertentie werd weergegeven {param1} – wanneer u AdParamService gebruikt, creëer parameter nummer 1 {param2} – wanner u AdParamService gebruikt, creëer parameter nummer 2
Mogelijke Tracking Combinaties
U kunt de bovenstaande methoden voor URL tracking individueel of samen gebruiken om aan de behoeftes van u en uw klant te voldoen. U kunt in een situatie zitten dat uw klant geen backend tracking heeft, maar u wilt in staat zijn uw account verder te optimaliseren, auto-tagging doet dan zeker goed aan uw AdWords campagnes en handmatig tracken voor de niet-AdWords campagnes. Wanneer uw klant backend tracking heeft en regelmatig de rapporten met u deelt, dan is ValueTrack waarschijnlijk genoeg.
Beneden zijn de verschillende combinaties van Analytics tracking:
- Auto tagging alleen
- Handmatige Analytics tagging
- Value Track handmatige tagging alleen
- Value Track handmatige en auto tagging
- Value Track handmatige tagging en handmatige analytics tagging
Data buiten Analytics tracken
Als u PPC campagnes buiten AdWords runt en u niet goed uw URLS heeft getagt, dan registreerd Google Analytics nog steeds the bron, maar al het verkeer wordt dan gemarkeerd als organisch.
Ik ga nu dieper in op het tracken van adCenter en Facebook gegevens omdat die waarschijnlijk het meest relevant zijn voor u, maar u kunt deze stappen ook doorlopen om andere kanalen te tracken.
Het tracken van adCenter PPC Data in Analytics
Als dit de eerste keer is dat u tracking aan URL’s toevoegt, dan is het waarschijnlijk het eenvoudigst om de Analytics URL Builder te gebruiken. Ik heb de kolommen beneden ingevuld om een tag naar ons te genereren in adCenter.
Voor de Source (bron) kunt u bing, adcenter of iets anders gebruiken. Het is belangrijk dat u consequent bent in het taggen, al helemaal wanneer er meer mensen zijn die in een account werken. Voor Medium gebruikt u cpc of ppc. Bij Campaign Name vult u gewoon uw campagne naam in. In dit voorbeeld heb ik mijn advertentie groep naam bij content ingevuld.
Dit is de basis van het taggen van uw adCenter data, maar u kunt ook dynamische URL’s gebruiken, net als ValueTrack, om nog meer informatie uit iedere klik te halen. AdCenter had oorspronkelijk een specifieke lijst van dynamische tracking plaatsen maar nu stelt de technologie u in staat alles te tracken wat u wilt.
Hierbeneden een lijst met de eerder ondersteunde dynamische plaatsen.
Gereserveerde parameters: - {Keyword} - {MatchType} - {QueryString} - {OrderItemID} - {AdID} - {Param1} - {Param2} - {Param3} - {ifsearch} - {ifcontent}
Het tracken van Facebook PPC Data in Analytics
Voor de kleinere PPC kanalen, zoals Facebook, die geen conversie code tracking tagging in de URL’s hebben is het heel belangrijk. Zonder het is het onmogelijk om conversies te zien van die advertenties. U kunt opnieuw de Analytics URL builder gebruiken.
Voer Facebook in als source (bron), cpc voor medium, en de campagne naam. Facebook heeft geen advertentie groepen, dus maak ik een aantekening om de content van de advertentie te onderscheiden. In het bovenstaande voorbeeld, is dit de tag voor mijn Spring Sale ad.
Volg deze methode opnieuw om tracking op te zetten voor alle PPC advertenties van alle kanalen zodat u de meeste informatie krijgt van iedere klik.
Andere manieren om URL Tagging te gebruiken & Additionele Tactieken
PPC is een van de meest besproken dingen in onze blogs, hierdoor is het voor ons een must om u te vertellen hoe u URL tagging gebruikt voor PPC. Maar er zijn een groot aantal andere toepassingen voor het etiketteren van bepaalde soorten bezoekers voor Google Analytics. Er zijn een paar additionele tactieken die u op uw gevonden data met URL tagging kunt uitvoeren zodat u uw PPC campagnes nog verder kunt laten groeien!
Andere manieren om URL Tagging te gebruiken: Wanneer uw bedrijf waar u PPC voor gebruikt ook een andere manier van online marketing gebruikt, URL tagging is net zo belangrijk voor andere marketing activiteiten. Online marketing moet een gezamenlijke inspanning zijn, en de back-end data die u ontvangt in Analytics moet die gezamenlijke inspanning reflecteren.
A. Iedere type banner ad, email marketing, etc. kan URL tagging gebruiken.
B. Wanneer het tijd wordt om de utm_source= sectie van uw URL te creëren, wees dan specifiek. “Email Blast 03/04? of “Yahoo! Banner Ads” (of wat voor display ad netwerk u gebruikt) – hoe specifieker, hoe makkelijker uw rapporten in Analytics.
C. Wanneer het tijd wordt om de utm_medium= sectie van uw URL te creëren, kies dan voor een naamgeving waar u vertrouwt mee bent, want u moet hierbij blijven. “Email” of “Display_Ads” zijn algemene woorden die u steeds weer nodig hebt wanneer u een nieuwe campagne begint. Op deze manier kunt u kijken naar de rapporten van ALLE email of ALLE display ad campagnes.
Advertentie Groepen of Advertentie Tekst Namen?: Wanneer u uw PPC landings URL’s creert, raadde ik u aan de ad groep naam in te geven voor de utm_content= sectie van de URL tag. Ik wil nu graag daarop terug vallen en voorstellen dat u speelt met het invoegen van ad tekst namen.
A. Door de ad tekst naam in te voegen kunt u de activiteiten op de site nog beter zien in Analytics. Zie hoe verschillende advertenties met verschillende calls-to-action resulteren in user-gedrag op uw website.
Gebruik een Search Query Filter: Het is een must voor iedere adverteerder die Google Analytics gebruikt om PPC bestemming URL’s te taggen als een onderdeel van hun strategie. Maar deze tactiek helpt u slechts een deel onderweg – en het laat u niet alles zien wat u wilt zien in Analytics. Hierom raad ik u aan om een search query filter te gebruiken in Analytics.
A. Ik ga niet stap voor stap door de instructies voor deze tactiek – in de plaats daarvan raad ik u aan om deze post te bekijken. Het laat zien hoe je search query filters opzet. Het is wel in het Engels.
B. Deze tactiek is aangeprezen als een AdWords-only oplossing. De waarheid is (gaap) dat het ook voor Yahoo! En Microsoft campagnes werkt! Eenmaal goed opgezet ziet u uw zoekwoorden op de volgende manier in Google Analytics rapporten: keyword, (zoekopdracht)
C. Waarom is dit zo belangrijk? Het Google AdWords Search Query Rapport is groot, maar het laat u niet ALLE zoekopdrachten zien. En noch Yahoo! noch Microsoft hebben een soort van search query reporting beschikbaar. Wanneer u dus de kracht van het taggen van uw PPC bestemming URL’s vergelijkt met deze search query filter, heeft u een hoop krachtige data tot uw beschikking!
D. Het nut om uw zoekopdrachten te kennen is groot, maar hier zijn een paar highlights: het begrijpen van de gebruiker intenties, nieuwe zoekwoorden vinden om in uw accounts toe te veogen en het belangrijkst – het vinden van nieuwe negatieve zoekwoorden om uw irrelevante zoekverkeer weg te vegen!
Nu we allemaal doorgaan met het gebruik van URL tagging voor onze campagnes, vind u nieuwe, inventieve manier om deze data te gebruiken om uw performance verder te verbeteren. U bent in staat om slimmere besluiten te vormen wat betreft de bounce rate op zoekwoord niveau en tijd op de site. U kunt conversie data vergelijken (met doel funnels) tussen al uw bronnen en mediums van site verkeer. Al met al, het gebruik van URL tagging om uw zoekwoorden data te gebruiken in Analytics maken uw baan als zoek marketeer zoveel makkelijker!
Deze blog is in het Engels verschenen op PPC Hero.